Bouwkundig detailleren voor tekenaar en ontwerper:

De technische cultuur.

Voor de volgende onderwerpen ga naar:

algemeen;
de introductie van geprefabriceerd constructieijzer;
de stelselmatigheid van de wetenschap;
het bijbehorend tekenwerk;


 

Algemeen:

Aan het einde van de 18e eeuw kolkte het in West-Europa. De soevereiniteit van het volk werd bevochten in de Franse Revolutie en in Engeland begon, door de uitvinding van de stoommachine en de verbeteringen daaraan door James Watt, rond 1750 de Industriële Revolutie.

Het is ook de tijd waarin een aantal genootschappen werd opgericht waarvan sommige nu nog bestaan zoals het Genootschap der Beschouwende en Werkdaadige Wiskunde (de MSG waar ook ik 180 jaar later op heb gezeten).
zie   het onderwerp "Techniek heeft zonder onderwijs geen bestaansrecht" behorende bij het onderdeel "1850-1950 (techniek, wetenschap en maatschappij".

De periode van halverwege de 19e en begin 20ste eeuw was een tijd van grote veranderingen en grote uitvindingen. Zo rond 1850 ontstond er een nieuwe westerse wereld. Technische vooruitgang en de industriële revolutie begonnen elkaar steeds meer te beïnvloeden en natuurwetenschappen werden steeds belangrijker. Samen brachten ze ontwikkelingen op gang die z’n weerga niet kent en die de wereld binnen enkele generaties volledig veranderde.

Bovenstaande beschrijving omtrent de burgerlijke Bouwkunde veranderde hierdoor niet, maar de manier van bouwen - door nieuwe bouwmaterialen en bouwmaterieel - wel. Hoewel minder snel dan je in eerste instantie zou denken.

Door de institutionalisering veranderde de techniek in Nederland.
zie   het onderwerp "De institutionalisering" behorende bij het onderdeel "1850-1950 (techniek, wetenschap en maatschappij".

De Nederlandse techniek had echter geen aristocratische culturele context, zoals de instituten in Frankrijk en Duitsland, die er voor zorgde dat de openbare werken met een gecultiveerde smaak werden ontworpen, maar had daarentegen meer verwantschap met de Amerikaanse productiewijze om zo goedkoop mogelijk te bouwen. Hetgeen inhield:   dat 'de graad van veiligheid' lager was dan elders (toen) in Europa gebruikelijk.
klik hier om naar boven te gaan



 

De introductie van geprefabriceerd constructieijzer:


Bouwen was eeuwenlang een combinatie van traditioneel vakmanschap, het toepassen van vuistregels en nu en dan experimenteren.

De vraag naar geschikt constructie ijzer kwam door de uitvinding van de stoommachine en de daarna volgende aanleg van spoorwegen snel toe.
zie   voor de aanpassingen in het productieproces het onderwerp "Ijzer en staal" behorende bij het onderdeel "materialen - metalen".
klik hier om naar boven te gaan



 

De stelselmatigheid van de wetenschap:

De stelselmatigheid van de wetenschap werd al gauw weerspiegeld in een ijzerproductie die een zekere internationale standaardisatie van kwaliteiten en vormen te zien gaf. Het loonde dan ook om gepland ijzerwerk zo nauwkeurig mogelijk te berekenen.

Voor de dagelijkse werkpraktijk kwamen handige boekjes in zakformaat, vol met tabellen, formules, cijfermatige informatie over materialen, constructies, etc..
Deze boekjes waarvan de oplagen per jaar steeds groter werden worden nog steeds uitgegeven.

Alhoewel de Nederlandse architecten (via het tijdschrift van de Maatschappij tot Bevordering der Bouwkunst) op de hoogte waren van wat elders gebeurde op het vlak van nieuwe bouwmaterialen en constructies werd ijzer als constructiemateriaal in de jaren veertig hier slechts bij uitzondering gebruikt. Dit was vooral het gevolg van de hoge prijs.
Als het om conventionele gebouwen ging, waar geen uitzonderlijke functie-eisen aan werden gesteld, was hout nog altijd onovertroffen in zijn verhouding tussen prijs en sterkte.
Het loonde dan ook om gepland ijzerwerk zo nauwkeurig mogelijk te berekenen.

Ook het rekenen zelf laat een groei zien, het was niet van het ene op het andere moment massaal.
De formules in de bouwtechnische publicaties voor het midden van de negentiende eeuw beschouwden meestal statische toestanden. Empirisch onderzoek toonde echter aan dat doorbuiging (van balken onder belasting) een vloeiend proces van minieme vervormingen is.
De methode die hierbij precies paste was de differentiaal- en integraalrekening. De differentiaalrekening rekent met oneindig kleine veranderingen en de integraalrekening beschouwt die veranderingen binnen aangenomen limieten.
Beide rekenmethoden waren al ruimschoots voor 1800 ontdekt, maar nauwelijks technisch toegepast.
Na het midden van die eeuw werden ze in de civiele techniek echter onmisbaar.

zie   indien gewenst eventueel ook het onderwerp "Sterkteleer (toegepaste mechanica)" behorende bij het onderdeel "constructietechniek - algemeen".

Ondanks de bezwaren die her en der tegen ijzer werden geuit, konden smeedijzeren constructie-elementen, vooral gewalste balken, sinds ongeveer 1850 op een groeiende belangstelling rekenen. De reden hiervoor was dat ze in steeds toenemende doorsneden en lengten beschikbaar kwamen en dat opende de mogelijkheid om bijv. op eenvoudige wijze flinke overspanningen in zwaar belaste vloerconstructies te maken.

Bij de schepping van deze nieuwe wereld had de hierboven genoemde wiskunde een centrale functie. Wiskunde was de basis van de exacte wetenschappen en de techniek.
Hetgeen niet wil zeggen dat alles nieuw was. In de Burgerlijke Bouwkunde van 1833 was wiskunde, met uitzondering van de hierboven genoemde differentiaal- en integraalrekening, al heel gewoon.
zie   het onderwerp "Inleiding (Burgerlijke bouwkunde - 1833)" behorende bij het onderdeel "tekenen algemeen - wiskundig".

Van enige terughoudendheid aangaande het gebruik van ijzer was geen sprake meer toen de vooruitstrevende burgerij van Amsterdam besloot om een Paleis voor Volksvlijt te laten bouwen.

 
Het door architect Cornelis Outshoorn ontworpen gebouw welke was geïnspireerd op het Crystal Palace, dat gebouwd was voor de Great Exhibition van 1851 in Londen.

Dit Crystal Palace was een wereldprimeur op het gebied van de utiliteitsbouw, want behalve de absoluut grootste constructie van ijzer en glas, was het ook nog ontworpen als een tijdelijk gebouw, dat na gebruik kon worden gedemonteerd en elders weer opgebouwd.

Het Paleis voor Volksvlijt welke tussen 1859 en 1864 werd gerealiseerd was gemaakt volgens dezelfde bouwprincipes van glas en gietijzer, had een koepel van 64 meter hoogte en werd verlicht door zesduizend gaslampen.
Helaas werd het in de nacht van 17 op 18 april 1929 door brand verwoest.

klik hier om naar boven te gaan


 

Het bijbehorend tekenwerk:

De rekenkracht nam niet alleen toe door de toepassingen van de complexere 'hogere wiskunde' maar ook door de gestandaardiseerde manier van tekenen.

zie   voor de handmatige bouwkundige tekenmethoden uit de jaren 80 van de vorige eeuw
het onderwerp "Bouwkundig tekenen (algemeen)" behorende bij het onderdeel "tekenen bouwkundig algemeen".

en
voor een voorbeeld van betontekening uit dezelfde tijd het subonderwerp "Het aanbrengen van de wapening"
van het onderwerp"Betonstaal" behorende bij het onderdeel "materialen - (-)steen/beton + stuc".

De systematiek van de technische tekening bleek eenvoudig te integreren met de systematiek van de constructieberekening.


 


Bouwkundig detailleren voor tekenaar en ontwerper:
dd: 02-06-2021 (08-09-2022)

 

 
klik hier om naar boven te gaan